De brug werd op van draaischamels voorziene pontons in
Vlissingen geladen met behulp van een 500-tons en een 650-tons
Demag. De draaischamels waren nodig om de pontons vrij te kunnen
draaien onder de brug, waardoor er beter door de Amsterdamse
grachten te manoeuvreren viel. Wegens de beperkte ruimte in
combinatie met het gewicht en de afmetingen was het niet mogelijk
de brug met behulp van kranen te plaatsen. Na het in positie varen
van de brug is deze op zijn uiteindelijke locatie geplaatst door de
pontons af te laten zakken en door de brug af te vijzelen. Door de
lengte van de brug moest deze verstevigd worden om te grote
doorbuiging te voorkomen. Dit is gedaan door er een deel van de BOB
(brug-over-brug) over de brug te spannen.
De Jan Wilsbrug wordt op 4 oktober officieel in gebruik
genomen.
foto’s Casper Mostert
![]() |
![]() |
![]() |